Mensenrechten beschermen ieder mens. Welk geslacht, welke afkomst, godsdienst of politieke overtuiging je ook hebt. Deze rechten gelden altijd en overal, voor iedereen. Alle mensen hebben dezelfde mensenrechten en moeten dus gelijk behandeld worden. Mensenrechten hebben daarbij een speciale plaats in het recht. Ze zijn in de Nederlandse Grondwet en internationale afspraken vastgelegd.
Hieronder vind je een verdere uitleg van mensenrechten, aan de hand van verschillende vragen. Hoe zijn mensenrechten ontstaan en welke zijn er precies? En wat is de rol van de overheid?
In het menu hierboven gaan we verder in op welke mensenrechten extra belangrijk zijn voor Caribisch Nederland. Dit zijn rechten die op dit moment onder druk staan op de eilanden en waar actie op nodig is.
In 1945 zijn de Verenigde Naties (VN) opgericht. Eén van de belangrijkste doelen van deze internationale organisatie is het beschermen en verbeteren van mensenrechten. Dit gebeurde onder andere om te voorkomen dat de verschrikkelijke gebeurtenissen uit de Tweede Wereldoorlog zich zouden herhalen. In 1946 startte de VN daarom de Commissie voor de Rechten van de Mens. De belangrijkste taak van deze commissie was het schrijven van het Internationaal Statuut van de Rechten van de Mens (International Bill of Rights).
Het idee was dat dit Statuut zou bestaan uit een verklaring en een verdrag:
-
Op 10 december 1948 nam de Algemene Vergadering van de Verenigde Naties (AVVN) de Universele Verklaring van de Rechten van de Mens (UVRM) aan. Dit is vanaf dat moment dé internationale richtlijn voor mensenrechten. Met 30 artikelen aan verschillende mensenrechten. Sinds 1950 is 10 december dan ook de Internationale Dag van de Rechten van de Mens.
-
Het opstellen van het verdrag duurde langer. Uiteindelijk kwamen er door verschillende redenen twee verdragen. In 1966 nam de AVVN het Internationaal verdrag over burgerrechten en politieke rechten en het Internationaal verdrag over economische, sociale en culturele rechten aan.
Extra verdragen voor vrouwen, kinderen en mensen met beperking
Mensenrechten gelden voor iedereen. Maar in de praktijk is gebleken dat extra maatregelen nodig zijn om de mensenrechten van vrouwen, kinderen en mensen met een beperking te beschermen en verbeteren. Daarom zijn er diverse extra verdragen voor bepaalde doelgroepen. Voorbeelden daarvan zijn het Vrouwenverdrag, het Kinderrechtenverdrag en het VN-verdrag handicap.
Alle verdragen over mensenrechten zijn juridisch bindend voor landen (of staten) die deze officieel steunen. Dat betekent dat er gevolgen aan zitten als een land zich niet aan de afspraken houdt. Zij zijn dus verplicht om zich hieraan te houden. Een land steunt een verdrag officieel door het te ratificeren.
Mensenrechten zijn vaak verdeeld in twee groepen:
-
Burgerrechten en politieke rechten. Hieronder vallen bijvoorbeeld het recht op leven, het recht op een eerlijk proces en het recht op vrijheid van meningsuiting.
-
Economische, sociale en culturele rechten. Denk aan het recht op een behoorlijke levensstandaard (waarbij je je basisbehoeften kunt regelen), het recht op arbeid en het recht op onderwijs.
Alle mensenrechten zijn even belangrijk en ze zijn allemaal nodig om de menselijke waardigheid te beschermen. Het recht op gelijke behandeling en verbod op discriminatie maakt daarbij onderdeel uit van beide groepen mensenrechten. Het tegengaan van discriminatie is namelijk van toepassing op alle rechten: burger-, politieke, economische, sociale en culturele rechten.
Hieronder vind je een lijst met de verschillende mensenrechten die in de twee groepen vallen:
Burgerrechten en politieke rechten
-
Recht op gelijke behandeling en verbod van discriminatie (gelijkheid voor de wet, gelijkheid voor de rechter);
-
Integriteitsrechten (bescherming van de persoon en diens privacy, huis en familieleven, verbod op martelen);
-
Vrijheidsrechten (vrijheid van meningsuiting, van godsdienst en levensovertuiging, van vereniging);
-
Participatierechten (recht op deelname aan het bestuur van een land, kiesrecht);
-
Rechten van arrestanten, verdachten en gedetineerden (verbod op willekeurige arrestatie en detentie, recht op onafhankelijke en onpartijdige rechtspraak);
-
Rechten van beschermde groepen (vrouwen, kinderen, minderheden);
-
Rechten van vreemdelingen en vluchtelingen (recht het land te verlaten en terug te keren, asielrecht, recht op gezinshereniging).
Sociale, economische en culturele rechten
-
Verbod op discriminatie;
-
Sociale en economische rechten (recht op behoorlijke levensstandaard, recht op sociale voorzieningen, vrijheid van vakvereniging, recht op onderwijs, recht op gezondheid);
-
Culturele rechten (recht om deel te nemen en bij te dragen aan cultuur, recht om de eigen taal te spreken, bescherming van auteursrecht en van de eigen naam, vrijheid van wetenschappelijk onderzoek).
De overheid moet ervoor zorgen dat mensen van hun rechten gebruik kunnen maken. Mensenrechten geven daarmee grenzen aan wat de overheid mag doen én verplichtingen voor wat de overheid moet doen.
Wat mag de overheid niet doen?
Aan de ene kant stellen mensenrechten dus grenzen aan wat de overheid mag doen. Zo betekent het recht op vrijheid van persoon dat de overheid je niet zomaar mag arresteren. Het recht op vrijheid van meningsuiting houdt bijvoorbeeld in dat de overheid je niet mag tegenhouden als je wilt zeggen dat je het niet eens bent met een minister. En door het recht op huisvesting mag de overheid je niet zomaar uit je huis zetten.
Wat moet de overheid wel doen?
Aan de andere kant vragen mensenrechten juist ook om acties van de overheid. Een voorbeeld: het recht op een eerlijk proces houdt in dat de overheid moet zorgen dat je toegang tot een advocaat hebt als je verdacht wordt van een strafbaar feit. En zo betekent het recht op onderwijs dat de overheid ervoor moet zorgen dat je onderwijs krijgt.
De overheid moet jou ook beschermen als iemand anders zich niet aan de regels houdt en jouw mensenrechten schendt. Denk bijvoorbeeld aan bedrijven: de overheid heeft regels voor veilige werkplekken of voldoende pauzes of vakantiedagen. Een ander voorbeeld: de overheid moet geweld tussen mensen tegengaan, ook in privésituaties, zoals kindermishandeling.
Veel instellingen houden zich bezig met toezicht op mensenrechten. In Nederland zijn dat in elk geval de rechter, de Nationale ombudsman en wij, het College voor de Rechten van de Mens. Zij laten van zich horen als een mensenrecht niet is nageleefd.
Via de verschillende internationale verdragen voor mensenrechten zijn er ook internationale processen voor toezicht. Onafhankelijke deskundigen onderzoeken dan hoe de Nederlandse overheid mensenrechten naleeft.
De lokale overheid, waaronder ook de bestuurders op Bonaire, Sint Eustatius en Saba, spelen een grote rol bij het beschermen van mensenrechten. Veel beleid dat zij maken en uitvoeren heeft met mensenrechten te maken. Hieronder vind je een aantal voorbeelden van activiteiten voor verschillende mensenrechten:
-
Recht op een behoorlijke levensstandaard – armoedebestrijding
-
Recht op huisvesting - toegang tot een betaalbare woning
-
Recht op geestelijke en lichamelijke integriteit - geweld in de privésfeer voorkomen en bestrijden, slachtoffers opvangen
-
Recht op gelijke behandeling en non-discriminatie – emancipatie van LHBTI+-gemeenschap bevorderen en discriminatie in de horeca tegengaan
-
Rechten van het kind - jeugdbeleid maken
-
Recht op onderwijs - uitval van school tegengaan
-
Recht op vrijheid van meningsuiting - plaatsen beschikbaar maken om politieke of maatschappelijke posters op te mogen plakken
-
Recht op informatie - websites en folders die te gebruiken en begrijpen zijn voor iedereen
